Cler. Luik, I.L. 1441-1445 (1441-1453) Den Bosch Jacob Govy, Ghovye, Goevy, Goevye, werd in Den Bosch geboren als zoon van Jacop Martens Govy. Zijn grootvader Marten was een natuurlijke zoon van Jacop, zoon van Arnt Govye. Deze Jacop of Cop Govye was getrouwd met een zekere Christijn en leefde in het midden van de veertiende eeuw. De naam Govy kwam toen al veelvuldig voor in Den Bosch, soms in de variant Copgovy (zoon van Jacop Govy). De notaris Jacop Govy had van vaderszijde ten minste drie ooms: Peter, Marten en heer Dirc. Zijn oom Marten was getrouwd met Heilwich, dochter van Willem Hels vander Bruggen en van Heilwich, dochter van Claes Scilder (vgl. nr.353). Heilwich Hels was een nicht van de notaris meester Goyart Hels (nr.173). Marten en Heilwich hadden zeven kinderen: meester Willem, Marten, Claes, Lysbeth, Mariken, Jan en Dirc. Van deze kinderen was Marten getrouwd met Mechtelt, dochter van Goetscalc Back, die na Martens dood vóór 1458 hertrouwde met Claes Goyart Ywijns. Marten was vermoedelijk omstreeks 1432 al getrouwd geweest met Agnes, dochter van Willem Hermans alias die Rode. Hij was in 1441/42 en 1450/51 schepen van Den Bosch en had bij Heilwich Back twee kinderen: Marten en Heilwich. Zijn zuster Mariken wordt in 1470 genoemd als vrouw van Jan, zoon van Jan Slijm. 1) Jacop Govy, de vader van de notaris, droeg op 4 januari 1427 een erfcijns over die zijn broer heer Dirc Govy, rector van de kerk van van Belmen, eerder ten behoeve van hem had gekocht. De nieuwe eigenaar was heer Dirc Govy, kanunnik van de St.Petruskerk in Luik. Het is niet duidelijk of de eerste en de laatste heer Dirc dezelfde zijn. Jacop was in 1425/26 schepen van Den Bosch. In hetzelfde jaar verkocht Jacob Gowy voor 79 gulden 152 pond was aan de O.L.V.-broedschap. Hij was getrouwd met Yda, dochter van Jan vander Borch, natuurlijke zoon van Gerit die Sluyter van Heerlaer. Yda's broer Gerit had een natuurlijke zoon Adriaen en haar zuster Agnes was getrouwd met meester Jan van Oudenhoven (zie nr.21). De laatsten hadden twee dochters, Agnes en Aleyt. Aleyt trouwde met notaris Willem Nuweert (nr.282) en maakte op 3 februari 1454 haar testament. Jacop Govy en Yda vander Borch hadden zelf twee kinderen: Agnes, die trouwde met de schoenmaker Aert Aert Wouterssoen, en de notaris Jacop Govy. 2)
Jacobus Govy, clericus van het bisdom Luik, wordt voor het eerst vermeld op 3 oktober 1433. Hij assisteerde toen samen met een andere clericus, Herman Cleynael, Jan Cousmeker (nr.226) in diens woonhuis bij het vervaardigen van een transsumpt. Ruim een jaar later, op 31 december 1434 en 4 januari 1435, ontving Jacop van zijn vader bij wijze van huwelijksgift een groot aantal erfpachten. Vermoedelijk kort daarvóór was hij getrouwd met Geertruyt, dochter van Jan Matheeuss van Buttel. Over Jacops werkzaamheden is weinig bekend. Mogelijk was hij klerk ter secretarie. Als notaris vervaardigde hij tussen 1441 en 1445 enkele testamenten. Zo stelde hij op 5 september 1441 het testament op van jonkvrouw Katherijn van Borselen en Veere en maakte hij op 9 september van dat jaar samen met de uitvoerders van haar testament een inventaris op van de roerende goederen die zich bevonden in de verschillende kamers van haar sterfhuis dat gelegen was in de Postelstraat, naast het huis van de heer van Boxtel. De grossen van het testament en de inventaris werden uitgeschreven door heer Philips van Bonyngen (nr.60). Op 3 augustus 1445 stelde Jacop in zijn eigen woonhuis aan de Uilenburg het testament op van meester Henric vanden Orff, licentiaat in de medicijnen en rector van Gemonde. Deze onterfde daarin zijn erfgenamen en liet alle goederen die hij had verkregen "ex paterna successione" en "ex ministerio et laboribus suis in arte medicine" na aan zijn natuurlijke zoon Bartholomeeus die toen inwoonde bij de stadssecretaris Goyart Boest (zie nr.57). 3)
Jacop overleed waarschijnlijk kort vóór 6 februari 1453 toen de officiaal zijn protocollen toewees aan zijn verwant meester Goyart Hels (nr.173). Ze werden aan deze overgedragen door Jacops zwager Aert (Aert) Wouterssoen. Op 18 juni 1454 droeg Jacops weduwe Geertruyt een erfcijns over krachtens zijn testament. Bij die overdracht worden ook hun kinderen genoemd: Lysbeth en Jacopken, beiden meerderjarig, en Jacop, Jacop junior, Geertruyt en Dympna, allen minderjarig. In 1459 trad Aert Aert Wouterssoen nog op als voogd van de onmondige kinderen van Jacop en Geertruyt. In het testament van Aleyt van Oudenhoven uit 1454 was hij ook al aangesteld als één van de drie voogden van de kinderen van Aleyt en Willem Nuweert. 4)
|
Noten | |
1. | GAH, RA 1180, p.644 (1396), RA 1181, fo.294v (1399/1400), RA 1186, fo.48v (1408/09), fo.213r (27 juli 1409), RA 1188, fo.167v, 314v (1412/13), RA 1189, fo.222r (1414/15), RA 1191, fo.329v (7 mei 1419), RA 1203, fo.89r (1432/33), RA 1221, fo.190r, 295v (1450/51), RA 1239, fo.278r (6 mei 1470), RA 1259, fo.161v (1489/90), vgl. RA 1191, fo.329v (1418/19); Bijlage II 223.25, 306.1, 353.22; Jacobs, Justitie, 264-265, vgl. 46; THG 1226 (20 juli 1397), 1229 (4 okt.1397); Vgl.: Van Rooij, Het oud-archief, II 15 nr.40, 24 nr.75, 63 nr.220, 249 nr.920. |
2. | Van Rooij, Het oud-archief, III 38; Jacobs, Justitie, 263 (schrijft abusievelijk Jacob Groij); OLVB 52, band 1, fo.182r (1425/26); GAH, RA 1196, fo.24v (4 jan.1427), RA 1205, fo.131v-132v (31 dec.1434 en 4 jan.1435), RA 1207, fo.89r (23 mei 1437), RA 1220, fo.17v (1449/50), RA 1221, fo.6r (1450/51), fo.132r (1450/51); APB, St.Jan II, Obituarium, p.198; Bijlage II 173.25, 269.12. |
3. | GAH, RA 1205, fo.54v (1434/35), fo.131v-132v (31 dec.1434 en 4 jan.1435); Bijlage II 147.1 t/m 147.5, 226.4, verwijzingen naar notariële akten: 157.40, 216.3 (overdracht van o.a. "testamentum unum, signatum et scriptum per Jacobum Govy, notarium"); Mosmans vermeldt Jacop Govy nog als notaris in 1448, zie: Mosmans, "De middeleeuwsche notarissen", 188. |
4. | Tabel 3.2, nr.26; GAH, RA 1224, fo.277r (18 juni 1454), RA 1229, fo.302v (1458/59); Bijlage II 269.12. |